Een onleesbaar boek

3 maart, 2016


Hebt u dat ook wel eens? Dat u het even gehád hebt. Dat u het zat bent van de prikkels die de pluriforme media dag en nacht in genadeloze hoeveelheden over ons uitstorten. Dat u tot de krop toe vol zit met het woelen der gehele wereld. Dat u verprikkeld op de bank zit, en denkt – wat nu? Dat eigenlijk alleen een wandeling soelaas kan bieden, een fietstocht, of iets anders – dat slechts buiten zijn uw emotioneel evenwicht kan herstellen… 

Het was op dat volkomen verkeerd gekozen moment dat ik besloot om een nieuwe aanwinst in mijn boekengalerij ter hand te nemen. Misleid door de titel, Plantaardig, waarvan vooral de combinatie van de twee woorden plant en aardig me aansprak. De ondertitel Vegetatieve filosofie zag ik zo gauw even niet.

Zelden ben ik zo door het ijs gezakt als bij de aanschaf van dit boek. Het is ontspannend noch lezenswaarsdig. Ik kon er op geen enkele manier chocola van maken. Het puilt uit van termen die ik niet begrijp, in verhandelingen die ik daardoor niet kan volgen. Het is een boek met 630 eindnoten – wat al een aardige indicatie is dat u het vermoedelijk niet zult aantreffen onder de categorie Humor bij de reguliere boekwinkel. 

Om u een idee te geven van de zwaarte van de publicatie geef ik u – om in dezelfde terminologie te blijven – een bloemlezing van de inhoud. Die staat stijf van de genomen, fenotypen en monades, pelorische varianten, intercalaire merisystemen, en begrippen zoals het semantisch- en cateriaans dualisme, en het newtoniaans-kantiaans determinisme. Een eenvoudig gebruiksvoorwerp zoals een stoel wordt in dit boek omschreven als een statistisch evenwicht tussen microbewegingen die tegen elkaar wegvallen.
Hoe wetenschappelijk verantwoord deze publicatie ongetwijfeld zal zijn – ik heb geen behoefte aan teksten waarbij ik een Verklarend woordenboek moet hanteren om er uit wijs te worden. Dat leest niet lekker. Ik heb het dan ook tussen duim en wijsvinger genomen en teruggebracht naar de plaats van herkomst. Ik wil nu iets áárdigs lezen, iets tot me nemen dat mijn stress vermindert, iets waaruit blijkt dat mensen goed zijn, dat de lente komt, gedebiteerd door een verteller die van wanten weet. En kijk eens, wie staat daar in mijn boekenkast zijn eeuwigheidswaarde te bewijzen? Jac. P. Thijsse! Zijn album Lente:

Het is nog niet uitgemaakt, wie het eerst de lente proclameert: de zanglijster, de sneeuwklokjes of de hazelaar. Het eene jaar komt de vogel het eerst met 't nieuwtje, het andere jaar de heester, of de bloem, maar in ieder geval weten zij het altijd eerder dan de menschen, die op de kalender afgaan, en meenen, dat de Lente den eenentwinstigsten Maart haar intocht doet

Heerlijk hè?